40 dagentijd – dag 8

40 dagen bidden met de woestijnvaders

Bid, zing, huil, vecht, neem, lees en verwonder

Ga de komende veertig dagen mee op pad met de woestijnvaders . Met hun spiritualiteit en wijsheid helpen ze je om de 40-dagentijd in jouw persoonlijk getijdengebed vorm te geven en te verdiepen.

Het project 40 dagen bidden met de woestijnvaders is onderverdeeld in 40 dagen en start op 18 februari 2015 (aswoensdag) met Dag 1 en eindigt op zaterdag 4 april met Dag 40. Let wel: de zondagen worden niet meegerekend in de 40 dagentijd.

40-dagentijd of lijdenstijd?

De veertigdagentijd (ook wel lijdenstijd genoemd) start 6 weken voor Pasen. Het getal 40 staat in de Bijbel symbool voor een tijd van verwachting en voorbereiding.

De 40 dagentijd nodigt je uit om je te verdiepen in het lijden en sterven van Jezus Christus. En om met een aandachtig hart toe te leven naar het moment dat Hij opstaat  op Paasmorgen.

40 dagentijd – dag 8

Leesmenu 26 februari gaat over Lucas 9:46-47. Over de verkondiging van Gods nieuwe wereld die niet vrijblijvend is. Geen mens kan uiteindelijk heen om wat Jezus’ zegt over God, over leven naar Zijn bedoeling. De vraag is niet òf je wel hebt gehoord wat Hij zei, maar vooral hoe! Met een afwerend, onverschillig of misschien zelfs een spottend hart? Of een ontvankelijk, onderzoekend en luisterend hart?

Over afzien van eer en aanzien

Een broeder stelde abba Poimen de vraag: ‘ Waarom overtuigen de demonen mijn geest om te converseren met hogergeplaatste mensen en lagergeplaatsten niet hoog te schatten?’ De ouderling antwoordde:
‘Daarom zegt de Apostel: ‘Nu zijn er in een groot huis niet alleen voorwerpen van goud en zilver, maar ook van hout en aardewerk…
Als iemand zich van dit alles heeft gereinigd, zal hij een edel gebruiksvoorwerp zijn, geheiligd, nuttig voor zijn meester, voor elk goed doel geschikt. ‘(2 Tim 2,20v)’

Vaderspreuk nr. 100 – De Griekse apofthegma’s (uit de alfabetische lijst van Cotelier)

De tekst in deze uitgave is ontleend aan: Monnik in de woestijn – Woorden van abba Poimen, pag. 44 .Maurits Pinnoy, Zoetermeer 2008.

Wat is afzien van aanzien?

De abba’s van de woestijn oefenden zich voortdurend in het afzien van eer en aanzien. De minste willen zijn was juist voor de meest geëerbiedigde grijsaard van cruciaal belang. Nederigheid en gehoorzaamheid prees abba Poimen in een andere Vaderspreuk als twee van de drie belangrijkste vereisten voor een vruchtbaar leven voor God, Iemand kan de ander zonder jaloezie hoger achten dan zichzelf, als hij inziet dat alleen God onze waarde en plaats bepaalt. Door wie we zijn dankzij Jezus Christus.

De Psalmen: een oude bron van inspiratie

Het bidden met de Psalmen was voor de woestijnvaders een bron van inspiratie. Sint Benedictus van Nursia gaat die traditie verder: in zijn Regel voor Beginners citeert hij vaak uit de Psalmen citeren. Vooral Psalmen 119 is geliefd. Daarin uit de Psalmdichter zijn diep doorvoelde besef van nederigheid en afhankelijkheid van de God die hemel en aarde heeft geschapen. Die de mens heeft gevormd en gemaakt voor zijn bestaan en taak op aarde. Zie bijvoorbeeld Psalmen 119 verzen 71-76.

Jezelf geringschatten – hoe gezond is dat?

40 dagentijd- dag 8  gaat over de moed om jezelf geringer te achten dan de ander. Dat is nog al wat. Velen zijn in therapie gegaan om hun minderwaardigheidscomplex in te ruilen voor zelfrespect. En moeten al die verworven vaardigheden en inzichten per vandaag weer over boord? Dat is niet waar de woestijnvaders in navolging van Jezus zich druk om maakten. Het gaat bij Jezus om het herstel van de relatie met God, met jezelf én de ander. Vanuit liefde die niet uit gaat van ’tekort’, maar van ‘overvloed’.

©Elise G. Lengkeek

Noot
Over de  Vaderspreuken*) : De woestijnvaders waren gespeend van alle vormen van eerbetoon, rijkdom, waardigheid en zelfverheffing.

De wijsheid die ze leerden  door  uitsluitend te leven van Gods goedheid en genade, deelden ze in woorden en daden met hun leerlingen. Met zo min mogelijk woorden, maar zonder iets voor ze achter te houden. Het waren die leerlingen die allerlei uitspraken en herinnerde voorvallen verzameld en gebundeld hebben tot een geschrift met de verzamelnaam Vaderspreuken  (in het Grieks: Apophthegmata).

Christofoor Wagenaar, monnik van de trappistenabdij te Westenmalle, schrijft in ‘Woestijnvaders – een speurtocht door de vaderspreuken’ dat de 1e redactie van deze nooit afgesloten bundeling moet hebben gelegen tussen de jaren 450 en 500.  De invloed van deze verzameling spreuken heeft door een alle eeuwen heen een belangrijke bijdrage geleverd aan de spirituele bagage van vele gelovigen.