Leesmenu 1 februari

Het getijdengebed bid je bij voorkeur op de ‘scharnierpunten’ van de dag. Dus wanneer voor jou de morgen, de middag, de avond of de nacht begint. De Bijbellezingen voor de lectio divina vandaag vind je in Leesmenu 1 februari.

Morgengebed lezing

Keer terug naar Morgengebed

Middaggebed lezing

Keer terug naar Middaggebed

Avondgebed lezing

Keer terug naar Avondgebed

Nachtgebed

Keer terug naar Nachtgebed

Leesmenu 1 februari  – Dagtekst

De Egyptenaren verdrinken

23 De Egyptenaren achtervolgden de Israëlieten. Alle soldaten, paarden en wagens van de farao gingen achter hen aan, de zee in. 24 Maar vlak voordat het ochtend werd, keek de Heer vanuit de wolk en het vuur naar de Egyptenaren. Hij zorgde ervoor dat ze in paniek raakten. 25 De wielen van hun wagens kwamen vast te zitten, en ze konden bijna niet meer vooruitkomen. ‘We moeten vluchten!’ riepen ze. ‘De Heer helpt de Israëlieten. Hij vecht tegen ons!’
26 Toen zei de Heer tegen Mozes: ‘Houd je arm boven de zee. Dan stroomt het water terug. Het zal over de soldaten van Egypte en over al hun wagens heen stromen.’
27 Mozes deed dat. Toen het ochtend begon te worden, stroomde het water terug. De Egyptenaren vluchtten tegen de stroom in. De Heer stuurde hen zo de golven in. 28 Het water stroomde over het leger van de farao, dat achter de Israëlieten aan gegaan was. Het stroomde over al zijn wagens en al zijn soldaten. Iedereen verdronk.

De Israëlieten vertrouwen op de Heer

29 Maar de Israëlieten waren dwars door de zee gegaan. Ze liepen over droge grond, tussen muren van water. 30 Zo redde de Heer hen op die dag van de Egyptenaren. De Israëlieten zagen hen dood op het strand liggen. 31 Toen begrepen ze met hoeveel kracht de Heer de Egyptenaren verslagen had. Ze kregen grote eerbied voor de Heer. Ze vertrouwden op hem en op zijn dienaar Mozes.

Morgengebed: Exodus 14: 23-29

De tekst in deze uitgave is ontleend aan: Bijbel in Gewone Taal © 2014 Nederlands Bijbelgenootschap. 

God neemt de tijd

God neemt rustig de tijd om Zichzelf bij het volk van Zijn keuze, Zijn oogappel, te introduceren. Hij neemt de tijd om alle gebeurtenissen naar een climax te leiden: Zijn ontzagwekkende grootheid en macht tegenover de onbeduidende kracht van de machtigste heerser op aarde.

Het volk is aanvankelijk opgelucht en blij dat ze van die afschuwelijk machtswellusteling van een farao verlost zijn. Ze moeten dan wel de woestijn in, maar alles beter dan het slavenleven waaraan ze langzaam maar zeker kapot gingen. Maar het dreigt mis te gaan. Farao heeft spijt van zijn beslissing dat het volk Israël uit Egypte mocht vertrekken om hun God te aanbidden en te offeren.

Het volk alsnog in de val?

Hij verzamelt zijn leger en trekt achter de Israëlieten aan. God leidt het ondertussen zo, dat het volk geen kant meer op kan. Ze zitten echt in de val. Met voor zich de Rietzee en achter zich het naderende leger van de farao. Ze sidderen van angst. Waar zijn ze in vredesnaam aan begonnen? Wat heeft die Mozes zich op de hals gehaald met deze onzinnige actie die alleen maar talloze mensenlevens gaat kosten? Ze hebben er geen goed woord voor over.

Een reddingsmuur van water 

Maar Mozes heeft van de Heer, zijn God, allang instructies gekregen wat hij moet doen. God vertelt hem dat Hij op een manier zal ingrijpen, die alle omringende volken grote vrees en schrik aanjaagt. Hij geeft Mozes opdracht een muur van het water van de zee te maken, door zijn arm uit te strekken. Er ontstaat een brede doorgang midden door de zee, waardoor het volk veilig naar de overkant kan lopen. Zodra het zo ver is, geeft God Mozes opdracht zijn arm opnieuw uit te strekken.

De watermuur stort in en dondert met geweld over de wagens en ruiters van farao heen, die achter de Israëlieten waren aangegaan, de droge zee door. Het volk heeft het zien gebeuren en komt dan pas bij zinnen. Wat een geweldige God! Wat een machtige Helper! Hij heeft ze voorgoed bevrijd uit de klauwen van farao en de zijnen!

©Elise G. Lengkeek