40 dagentijd – dag 3

40 dagen bidden met de woestijnvaders

Bid, zing, huil, vecht, neem, lees en verwonder

Ga de komende veertig dagen mee op pad met de woestijnvaders . Met hun spiritualiteit en wijsheid helpen ze je om de 40-dagentijd in jouw persoonlijk getijdengebed vorm te geven en te verdiepen.

Het project 40 dagen bidden met de woestijnvaders is onderverdeeld in 40 dagen en start op 18 februari 2015 (aswoensdag) met Dag 1 en eindigt op zaterdag 4 april met Dag 40. Let wel: de zondagen worden niet meegerekend in de 40 dagentijd.

40-dagentijd of lijdenstijd

De veertigdagentijd (ook wel lijdenstijd genoemd) start 6 weken voor Pasen. Het getal 40 staat in de Bijbel symbool voor een tijd van verwachting en voorbereiding.

De 40 dagentijd nodigt je uit om je te verdiepen het lijden en sterven van Jezus Christus. En om met een aandachtig hart toe te leven naar het moment dat Hij opstaat  op Paasmorgen.

Leesmenu 40 dagentijd- dag 3

Leesmenu 20 februari  gaat over Lucas 3:10-11. Johannes legt aan zijn toehoorders uit, welke innerlijke houding God vraagt van wie beseft volledig afhankelijk te zijn van Gods genade en ontferming. Hij loopt hiermee vooruit op het onderwijs van Jezus. Zijn advies luidt: ‘Heb je twee hemden? Geef er een weg. En deel je eten.

‘Hemzelf heb ik verkocht’

Nadat Serapioon dit laatste kledingstuk nu aan de arme drommel had afgestaan, bleef hem niets anders meer dan het evangelieboekje dat hij onder de arm droeg. Een voorbijkomende orde bewaker vond hem in die toestand, ineen gehurkt, neerzitten en vroeg hem:
‘Maar abba Serapioon, wie heeft u van uw kleren beroofd?’
Toen haalde Serapioon zijn evangelie onder de oksel vandaan en zei:
‘Dit heeft me uitgekleed’.
Tenslotte was het voor hem een nog te rijk bezit. Want even verder hoorde hij van iemand die zijn schulden niet kon betalen. Hij ging zijn perkament verkopen om de man de opbrengst ervan te bezorgen, en keerde, nu werkelijk niet meer bezittend in zijn kluis terug. Op de vraag van zijn leerling waar het evangelieboekje was gebleven, antwoordde hij:
‘Hij die me dagelijks voorhoudt: ‘Verkoop wat u bezit en geef het aan de armen,’ Hemzelf heb ik verkocht en aan de armen gegeven.’

De tekst in deze uitgave is ontleend aan: Woestijnvaders – een speurtocht door de vaderspreuken, pag. 65,66. Christofoor Wagenaar© 1981 Nijmegen. 

Leven als vogels in de lucht

Voor de woestijnvaders betekenden de woorden van Johannes veel voor de manier waarop ze omgingen met bezit. Dat gold ook voor abt Serapioon, die vooral begaan bleek te zijn met arme drommels. Over hem gaat de bovenstaande anekdote. Zo was ook van Abt Bessarioon bekend dat hij een leven leefde ‘als van de vogels in de lucht of van de vissen en de landdieren’. Hij moest niets hebben van monniken die aarde zaken aanhingen als waarde van bezit, van inspanning en verkapte zelfzucht.

Omgaan met je bezit in de 40 dagentijd

40 dagentijd-dag 3 gaat over bezitloos durven zijn. Over delen wat je dubbel hebt (of over) met wie niet heeft.  In voorbereiding op Pasen zoeken vele gelovigen de kern van hun afhankelijk van God in het versoberen. Dat kan door sober (of helemaal niet) te eten. Maar ook door te consuminderen bijvoorbeeld. Versoberen vraagt net als vasten om zelfbeheersing. Een goed moment om stil te staan bij al je (overbodige) spullen. Wat ga je ermee doen? Wie zou je daar echt blij mee kunnen maken?

©Elise G. Lengkeek

Noot
Over de  Vaderspreuken*) : De woestijnvaders waren gespeend van alle vormen van eerbetoon, rijkdom, waardigheid en zelfverheffing.

De wijsheid die ze leerden  door  uitsluitend te leven van Gods goedheid en genade, deelden ze in woorden en daden met hun leerlingen. Met zo min mogelijk woorden, maar zonder iets voor ze achter te houden. Het waren die leerlingen die allerlei uitspraken en herinnerde voorvallen verzameld en gebundeld hebben tot een geschrift met de verzamelnaam Vaderspreuken  (in het Grieks: Apophthegmata).

Christofoor Wagenaar, monnik van de trappistenabdij te Westenmalle, schrijft in ‘Woestijnvaders – een speurtocht door de vaderspreuken’ dat de 1e redactie van deze nooit afgesloten bundeling moet hebben gelegen tussen de jaren 450 en 500.  De invloed van deze verzameling spreuken heeft door een alle eeuwen heen een belangrijke bijdrage geleverd aan de spirituele bagage van vele gelovigen.